Lunches in Tokyo en tijdreizen naar Hawaii

30 april 2019 - Napili-Honokowai, Hawaï, Verenigde Staten

Osaka

In Osaka zijn we naar een paleis geweest, dat een mooi uitzicht vanaf de achtste verdieping op de omliggende tuinen (met kersenbloesems) en de stad gaf. Ook zijn we vanuit Osaka een dag naar Nara geweest. Daar hebben we een hele route gewandeld waarlangs veel tempels en shrines (die oranje poorten) lagen. In de avond zijn we naar een gebied geweest met veel neonverlichting. Hier was ook een optreden op straat van een meidengroepje, een beetje K3: veel schattigheid, dezelfde pakjes, simpele maar super synchrone danspasjes. Het was alleen niet verstaanbaar en niet gericht op kleuters. Aan de gevels in het neonverlichte gebied hingen ook veel grote beesten: een grote koe bij een steak-restaurant, een octopus, een krab.

Een ander kasteel vonden we niet spannend genoeg om in te gaan, te kort geleden herbouwd (en een beetje te hoge toegangsprijs). Het geld dat we daar bespaard hebben (toch een euro of 7-8), hebben we geïnvesteerd in een Japans mes (moesten we nog wel een beetje geld bijleggen…). We konden de verschillende messen ook proberen op een wortel en een tomaat, waar ze allemaal zo doorheen gleden. Terwijl we stonden te wachten op het graveren, hebben we nog een lesje ‘hoe slijp je een mes’ gekregen. Dat is nog een hele kunst, maar moeten we toch maar gaan leren nu we een echt goed mes hebben misschien… Tenminste, als het mes thuis aankomt, want het is nu onderweg met de post. Samen met overige souveniertjes die we sinds het versturen van het pakket in Vietnam verzameld hebben.

Kyoto

Van Osaka naar Kyoto is maar een klein stukje met de trein, maar dat hebben we dan wel afgelegd in een heuse Thunderbird. Zo heette de trein echt.

De eerste dag hebben we twee tempels bezocht en nog maar eens een keertje een sushi-lunch gedaan. We hebben denk ik elke paar dagen wel sushi gegeten. Behalve de sushi van de supermarkt in Beppu altijd in een restaurant met een lopende band met sushi erop. Dit is in Japan een beetje de budgetsushi, maar de smaak is gewoon goed. Meestal hadden we voor tussen de 20 en de 25 euro, dan namen we niet de allerduurste dingen, maar we kozen wel gewoon alles wat we wilden. De duurdere dingen waren vaak ook de wat vreemdere dingen. Wij werden ook heel blij van tonijn, waar je (blijkbaar) heel veel verschillende soorten en gradaties in hebt. Er was bijvoorbeeld de Albacore tuna, een stuk lichter (rozig) van kleur, die echt smolt in je mond. De blauwvin tonijn is wat fancier dan de ‘gewone’ tonijn, maar daarvan heb je dan net als met vlees heel veel verschillende delen. Meestal worden deze (in elk geval in het Engels, ons Japans is nog steeds niet zo goed) aangeduid met hoe vet ze zijn. Dus dan heb je normale, more fatty, medium fatty, fatty, most fatty… Nu is het meest vet het meest bijzonder, maar ik vond het na de medium fatty minder worden.

De tweede dag zijn we naar Fushimi Inari geweest, waar heel veel oranje shrines staan. En dan niet eentje hier, eentje daar, maar achter elkaar. Voor een deel praktisch tegen elkaar aan. Na de shrines gingen we naar een bamboebos. Dat viel een beetje tegen, maar de omgeving was wel leuk. En we hebben mooie eetstokjes gevonden, waar we onze naam in konden laten graveren (dank voor de tip Chantal!). Niet dat we nog geen eetstokjes hadden, maar nog niet deze en nog niet met onze naam erop. ‘s Avonds hebben we nog maar een keertje sushi gegeten (ging nog niet vervelen!) en zijn we naar een buurtje geweest waar geisha te spotten zijn. We hebben er een paar gespot! Ze waren wel nogal cameraschuw. We weten nu een beetje hoe paparazzi zich voelen… Als ze een deur uit kwamen werd dat voorafgegaan door het vertrek van enkele mannen die opgehaald werden met een dure auto. Vervolgens kwamen er een aantal geisha naar buiten. Ze konden verbazend snel lopen met hun kimono en slippers, maar er zijn wel een paar foto’s gelukt.

De laatste dag in Kyoto zijn we naar een kasteel geweest en naar de botanical gardens. In de botanical gardens waren de kersenbloesems nog mooi, terwijl we inmiddels ook wisten hoe een beetje uitgebloeide kersenbloesem eruit ziet. Vervolgens gingen we nog richting een tempel in de buurt van het philosophers path. En pad met (heel verrassend) kersenbloesems (maar dus een beetje uitgebloeid).

Tokyo

In Tokyo hadden we zes nachten, dus dat was best lang. Omdat de stad best groot is hadden we drie nachten aan de ene kant en drie nachten aan de andere kant. De eerste dag zijn we naar een straat met allemaal winkels met kookspullen geweest (een beetje shoppen, maar kookspullen shoppen vinden we allebei leuk). Hier hebben we nog een paar souveniertjes aan de groeiende collectie toegevoegd. In deze straten verkochten ze ook het plastic eten dat restaurants gebruiken. Bij veel restaurants hebben ze een vitrine met wat ze op het menu hebben, maar dan in plastic. Want dat ziet er zo aantrekkelijk uit (?). Het is meestal wel duidelijker dan de Japanse beschrijving, maar soms blijft het nog raden wat het is. We hebben ook een dagje dierentuin gedaan. We zijn naar een vismarkt geweest, of in elk geval de touristische versie ervan. We vonden om drie uur ‘s nachts opstaan voor de echte veiling van vis een beetje te vroeg. Maar een van de restaurantjes had een grote tonijn gekocht, die ze met een beetje show in stukken sneden. Met enorme messen. De grote krabpoot op een stokje met boter en sojasaus verdient ook nog een bijzondere vermelding (Ronald was groot fan). Inmiddels was het Pasen, maar ondanks een zoektocht hebben we de (chocolade)eieren niet kunnen vinden. Te goed verstopt.

Sterrenlunches

De laatste drie dagen in Tokyo stonden vooral in het teken van eten (en wachten). Er zijn in Tokyo verschillende sterrenrestaurants, die voor de lunch een goedkoper menu serveren. We begonnen bij Kyorakutei, met een lunch van sardines: gefrituurd, als wasabi en in een gerecht met ei en ui. Waren allemaal heel lekker, maar de wasabi die heel lekker op smaak was gebracht was wel het beste.

De volgende dag gingen we naar Nikiryu, dat bekend staat om de soba noodles. Ronald had noodles in soep met verschillende tempura erbij. Ik had koude noodles met een warme soep van eend. Als je de noodles op had, kon je met de bouillon en iets dat we in een theepotje kregen een soort drinksoepje maken. Mijn eten was erg lekker, dat van Ronald was lekker maar voldeed niet helemaal aan de hoge verwachtingen. Het derde restaurants van ons ‘sterrenrestaurants met een goedkope lunch’-lijstje was Nakajima, waar we hele lekkere hete en hete/zure noodles gegeten hebben. Hoewel een schaal met noodles een beetje simpel klinkt, wisten ze er naast een lekker, ook een mooi gerecht van te maken.

Naast eten hebben we de laatste drie dagen genoten van het zonnetje in verschillende parken, een tempel bezocht, een ‘science & nature’ museum bezocht (snel rondje, want weinig Engelse bordjes) en in de avond zijn we door een buurt met veel lichtjes gelopen. Hoewel we veel door de stad gelopen hadden en soms best lang in de metro zaten, hadden we nog niet echt een idee hoe groot Tokyo nu was. Dus hebben we ook de stad van bovenaf bekeken: het is een grote stad. En het vliegveld hebben ze een eind buiten de stad gelegd, dus dat was een eind boemelen in de trein.

Tijdreizen!

Na onze reis naar het vliegveld was de dag bijna om: we vlogen rond half 10 ‘s avonds. Maar, tijdens onze vlucht naar Hawaii kregen we er 19 uur bij, waardoor we diezelfde dag om half negen ‘s ochtends aankwamen! Dus deden we 24 april nog een keer! Aangezien het voor ons wel voelde alsof we een nacht in het vliegtuig doorgebracht hadden en het de volgende ochtend was, hebben we lekker rustig aan gedaan en genoten van de zon het het strand. De volgende dag was alweer de laatste dag op dit eiland, waar we wel vonden dat Pearl Harbour een must see was. In plaats van met een heel duur tourtje waarvoor we heel vroeg op zouden moeten staan, besloten we rustig aan te doen en met de bus te gaan. Het waren wel veel bushaltes, maar scheelde wel heel veel met een tour.

Maui

De volgende dag gingen we alweer door naar het volgende eiland: Maui. Hier haalden we onze huurauto op, om op weg te gaan op de road to Hana. Een weg met ongeveer 60 one way bruggen en iets van 600 bochten. Ze noemen het in de foldertjes hairpinturns, maar op twee of drie na waren het eigenlijk niet echt haarspeldbochten. Wel was het een erg mooie route, met uitzicht op de zee en veel mooie bomen. In het dorpje Hana aan het eind van de weg er naar toe bleven we twee nachten. Vanaf Hana zijn we naar het national park op Maui gegaan, waar we een wandeling gedaan hebben naar een hoge waterval. Hierbij liepen we langs een aantal andere watervallen en door een bamboebos (dat mooier en groter was dan het bamboebos waar we in Japan geweest zijn). De terugweg vanaf Hana was net zo mooi als de heenweg, alleen met een beetje meer zon. We zijn vervolgens omhoog gereden naar de top van de vulkaankrater, waar we een mooi uitzicht hadden op het vulkanisch landschap. En dan zijn we bij vandaag! Niet een heel lang verhaal, want we hebben vandaag lekker op het strand gelegen (behalve toen het even ging regenen, toen zijn we maar even boodschappen gaan doen). Voor de komende dagen hebben we nog wat meer relaxen en strand op het programma staan, we vermaken ons nog steeds goed!

1 Reactie

  1. Chantal:
    30 april 2019
    Ha herkenbaar het deel over Japan, leuk dat jullie gedacht hebben aan de stokjes ;-)
    Veel plezier daar!